Zorgen om inzet burgerhulpverleners bij reanimaties
HENDRIK-IDO-AMBACHT – De fractie van de SGP-ChristenUnie maakt zich zorgen over het aantal burgerhulpverleners dat wordt opgeroepen bij een reanimatie. Uit landelijke cijfers blijkt dat één derde van hen niet meer zou worden gealarmeerd bij een reanimatie. Raadslid Jeroen van der Laan: “De inzet van deze burgerhulpverleners bij een reanimatie-setting binnen onze gemeente is cruciaal en onmisbaar.”
Iedere week worden er in Nederland meer dan driehonderd mensen getroffen door een circulatiestilstand. De overlevingskans voor deze slachtoffers is het grootst als er binnen zes minuten is gestart met reanimeren en met defibrilleren middels een AED. Van der Laan legt uit dat burgers worden ingezet bij reanimaties, aangezien zij eerder op locatie zijn dan de ambulancedienst of politie. “De afgelopen jaren – sinds de start in 2015- heeft deze vorm van hulpverlening een groot aantal keren plaatsgevonden binnen onze gemeente. In deze periode was er sprake van een groot aantal burgerhulpverleners en is het aantal openbaar toegankelijke AED’s fors toegenomen.” Er zijn nu echter zorgen over het aantal burgerhulpverleners. Uit cijfers die NOS boven tafel haalde, bleek dat 30 procent van deze groep namelijk geen opfriscursus heeft gevolgd of niet recent iemand gereanimeerd, waardoor ze niet voldoen aan de vereisten van een burgerhulpverlener.
De fractie van de SGP-ChristenUnie stelde vragen aan het college. Ze willen graag de Ambachtse cijfers zien over het verloop van het aantal burgerhulpverleners. Ook willen ze een communicatie richting de groep die dreigt af te haken. Daarnaast vragen ze om de optie van bijscholing – in samenwerking met bijvoorbeeld de lokale EHBO-verenging – te organiseren. Van der Laan – die zelf deels in de acute zorg werkt en ook burgerhulpverlener is – geeft aan duidelijkheid te willen of de afname van het aantal burgerhulpverleners alleen komt door verlopen kwalificaties of dat dit probleem ook andere kanten kent. “Denk dan aan het niet hebben gedownload van de juiste versie van de app, het technisch niet goed functioneren van het systeem, het onvoldoende beschikbaar zijn van een AED in de buurt of het niet meer willen uitvoeren van deze vrijwillige functie.” Tot slot geeft Jeroen het belang aan van burgerhulpverlening. “Iedere minuut is er één. Uit een groot aantal studies blijkt dat de overlevingskansen significant toenemen door de inzet van burgerhulpverleners. Het gaat dus echt ergens over.”
